Buurten in 99 woorden

Mijn dochter en ik wonen in dezelfde grote boerderij. Zij met haar dochtertje en haar vriend in het ene uiteinde. Ik met mijn man en jongste zoon in het andere eind. Daartussenin verhuren we de ruimte en kamers. We zien elkaar dagelijks en eten regelmatig gezamenlijk, wanneer haar vriend late dienst heeft. We zijn dus – kun je stellen – op een bijgepraat niveau.

Vanmorgen loop ik met onze hond door het dorp en zie ik haar aankomen in de auto. Oh ja, ze moest naar Venray, vertelde ze eerder vandaag. In de berm praten we een uurtje. Over dingen.

Onbeholpen Promostunt 19 januari

Top! Een leuke cultureel getinte dag lonkte ons afgelopen zondag, met in de ochtend een prijsuitreiking voor een verhalenwedstrijd in de schouwburg van Venray en in de middag een schouwburgbezoek in Boxmeer. Want, daar Boekt Wim Daniels, en dat is altijd erg leuk om bij te wonen, werd mij verteld.

Toen wij tussen de bedrijven door even thuis waren, dacht ik voor de zekerheid de aanvangstijd in de Weijer te controleren. Zie ik online dat de middag al is uitverkocht! ‘Nou, dat is dan effe lekker,’ schreeuw ik naar mijn man die in de gang andere schoenen aantrekt. Maar – Bartje weet raad – ‘We gaan gewoon en zien wel,’ vindt hij.

Om 14.00 uur staan wij paraat – met een razende honger, want voor lunchen hadden wij nog geen tijd gevonden – in een rustig ogend theatercafé, en wordt ons verteld dat we om 15.00 uur, vlak voor aanvang, horen of we er nog bij gepropt kunnen worden. ‘Dat is goed, doe dan maar twee tosti’s en iets te drinken,’ bedenken wij hardop, richting de aardige barman.

Eenmaal achter de bitterballen, koffie en rode wijn – geen tosti’s of lunchgerechten voorradig – valt mijn oog op de reeds aanwezige heer Daniels. Hij komt warempel onze kant uit. Vlug gris ik een flyer van mijn Ballade uit mijn tas. ‘Niks zeggen, hoor,’ tegen mijn man sissend. Want, je weet nooit waar Bartje allemaal raad op weet!

Maar, mijn Bart grijpt in het voorbijgaan de argeloze hand van Wim en stelt zichzelf voor met de woorden: ‘Hallo Wim, ik ben Bart.’ En dus krijg ik ook een vrijwillige hand en kan me netjes voorstellen. ‘Ik wilde je eigenlijk iets in je handen frommelen,’ breng ik uit.

Heer Daniels is zeer vriendelijk en oprecht geïnteresseerd. Wil weten waar mijn boek over gaat en stelt zelf voor er iets over te zeggen tijdens zijn presentatie van de heren Herman Koch en Tex de Wit. Echte schrijvers, me dunkt. Het theater is ook niet voor niets uitverkocht! Ik stamel nog: ‘Ach, dat hoeft niet.’ Maar ik kan al aan hem zien dat het zou gaan gebeuren.

Gelukkig kunnen er ook nog stoelen bijgeplaatst worden, want stel je voor dat mijn boek zou worden voorgesteld, zonder dat ik daar zelf bij aanwezig kan zijn!

Even voor de pauze is het zover. Mijn flyer wordt gladgestreken, Wim noemt mijn boek en vertelt dat ik in de zaal zit. En geeft mij de microfoon om iets over mijn boek te vertellen! Ik weet nog dat ik eerst zeg dat ik zal gaan zitten, om niet zo op te vallen terwijl ik spreek, maar de werkelijke reden is natuurlijk dat ik een flauwte nabij ben!

Enfin. In een volle theaterzaal mijn boek mogen aankondigen en er zoveel over vertellen als ik uit kan brengen. Wie kan er op zulke promotie terugvallen?

Hartelijk dank Wim Daniels, voor je vriendelijke en behulpzame houding! En voor de ontzettend leuke presentatie van de middag!

Liefde in het theater

De zaal zat vol genomineerden met aanhang. Wij zaten op de voorlaatste rij, achter ons waren nog slechts twee stoelen vrij. Toen zij binnenkwamen. Luidruchtig, juist na het openen van de bijeenkomst door de voorzitter. Na vreselijk veel vijven en zessen had hij zijn nukkige vrouw eindelijk van haar rollator los en op haar stoel achter mij. Toen begon het wrijven, over mijn rug, en het trekken aan mijn haarspelden. Afgewisseld door fluiten, voetklepperen en een zoen op mijn kruin. Telkens gevolgd door ‘niet doen, Aaltje.’ Tot hij naar voren mocht en zachtjes achter mij klonk: ‘Och, mijn jongen.’

Buurvrouw

Ik heb er lang over nagedacht. Nachtenlang. En vele dagen. Ik zocht iets om over haar heg in haar tuin te werpen. Iets heel smerigs, afzichtelijks, afschrikwekkends… Maar alles wat ik bedacht was uiteindelijk te mild. Te onschadelijk, te vriendelijk. Het beheerste mijn doen en laten. Ik moest iets vinden! Het moest iets zijn dat zich vermenigvuldigde, iets woekerend! Iets zo overheersend dat zelfs zij – lelijke pitbull – er geen raad mee zou weten. Ik had de hoop al bijna opgegeven en wilde het plan juist uit mijn hoofd zetten, toen ik wist wat het moest zijn! De andere buurvrouw!

Bohemian

‘Kijk, de vrouw van hoe heet die lange knappe christen… Arie! Zij heeft ook haar huis helemaal in die stijl ingericht.’ Ik kijk.
‘Oh ja,’ zeg ik.
‘Ja, en kijk, deze influenzer, die heeft ook allemaal van die lapjes en die kleuren en dat spul, zie je hoe leuk?’ Ik kijk. ‘Ze draagt ook van die soort leuke jurken. Zie!’
‘Oh ja, leuk,’ zeg ik. ‘Daar houd ik ook van, van die jurken.’
‘Die van jou zijn anders.’
‘Maar mijn huis lijkt daar eigenlijk ook wel op, zo met die kleuren. Die stijl,’ probeer ik.
‘Nee. Zó ouderwets. Pff.’

Impact

Je hebt van die mensen die onbedoeld van een onvoorstelbare betekenis zijn in je leven. Door iets wat ze zeiden, iets dat ze deden, of gewoon door wie ze zijn. Ik ken ook een paar van die mensen. Het zijn er niet zoveel. Nog geen handvol. Het gekke is, dat ik ze geen van drieën nog zie. Niet eens af en toe. Toch zijn ze bijna dagelijks in mijn gedachten. De eerste leerde mij mijzelf waarderen. De tweede leerde mij ‘ja’ te zeggen. De derde leerde mij vooruit te blijven kijken. En dan is er nog de categorie echtgenoten.

Lunch 1993

We kenden elkaar al langer, digitaal, toen we voor het eerst afspraken. Voor een reisje naar Antwerpen, waar we een prijs in ontvangst namen. We maakten er meteen een logeerpartij van, die we inluidden met een lunch bij jou thuis. We aten verse boterhammetjes met kaas, van antieke bordjes. In de kamer aan de voorkant, waar het zonnetje door het glas in lood scheen. We namen er een kopje soep bij. De houten vloer kraakte, als we er overheen liepen naar je kleine bibliotheek. Dit is nu zestien jaar geleden. En jij dacht dat ik dat kon vergeten?

Liefde omnibus verkrijgbaar!

bij Bol.com met twee verhalen van ondergetekende

Liefde bestaat er in vele vormen; en liefdevolle relaties hoeven niet enkel tussen verliefde mensen te gaan. Het kan ook tussen mens en dier, in relaties met zieke mensen, mensen van hetzelfde geslacht of zelf tot de natuur. Liefde laat zich niet in een hokje steken. Het is een heerlijk gevoel dat je hebt wanneer je het kan geven en ook wanneer je het krijgt. Het is niet duur, niet echt te koop en iedereen kan het geven. Een glimlach, een knuffel of een teder gebaar, als het maar echt uit het hart komt.
In dit boek heeft StoryLand een aantal kortverhalen en poëzie, van diverse auteurs, samengebracht, die gaan over de liefde, in veel verschillende vormen en met een verschillende invalshoek. Verhalen die je zullen ontroeren, vertederen en je misschien even doen stilstaan en laten nadenken over het leven. Verhalen met situaties die misschien herkenbaar zijn en waarin je jezelf kan terugvinden of die gewoon een ander licht werpen op meningen die je gevormd had.
De StoryLand Liefde Omnibus is een boek vol gevoelens die je zullen raken, vitaminen voor het hart. Een boek om zelf op een rustig plekje te lezen of weg te geven aan mensen die je liefhebt.
Geniet ervan met volle teugen.

Donker buiten

‘Donker buiten,’ zegt de kleine meid. Ze eet haar bosbessen en wijst, zegt het met volle mond nog een keer. ‘Donker buiten.’ En dan: ‘Hoor je ook?’ Eén kleine wijsvinger omhoog. Daar rommelt iets op zolder. Ik knik.
‘Ja hoor.’

Daar zitten we dan. Was het ooit warmer, knusser, veiliger in de keuken met de lamp aan?
‘Mama werken,’ zegt ze. Ik knik.
‘Ja, mama komt straks.’
‘Papa werken.’
‘Ja, papa komt vanavond weer thuis.’
‘Opa werken.’
‘Opa is buiten, hij komt zo.’
‘Opa grasmaaien? Leuk.’ Ik zwijg en knik en kijk hoe ze haar bosbessen eet. Bosbessen zo groot als pruimen, grapte ik eerder. ‘Nee bosbes,’ zei ze toen. Gedecideerd.

Als je nog geen twee bent kun je toch gedecideerd zijn. Zeker.
‘Donker buiten,’ zegt ze weer. Ik knik.
‘Ja lieverd, het is al donker buiten.’

2 Januari

Na een jaar van vechten met de buren, van huilen, ziekmakende frustratie en onmacht, zou ik het dit jaar weleens eventjes anders doen! Met het boek van Rutger Bregman onder mijn arm (de meeste mensen deugen) huppelde ik het nieuwe jaar in. Wie zou mij nog raken? Wat zou ik mij nog druk maken? Heb vertrouwen en geniet van het leven, want het duurt maar ev….. Wat? Rijdt daar de handhaving weer voorbij ons huis? Stoppen ze bij de camping, rijden ze door? ‘Ja hoe moet ik dat weten,’ snauwt mijn man.
‘Ga dan verdomme even kijken,’ grauw ik terug.